Buitenlandse avonturen van WTC Nissorap.

3-9 september 2007: Arabba (Dolomieten)


Bekijk ook het fotoboek van onze Dolomieten-reis
Arabba 2007 (het A-verhaal)

door Raf
Raf

  • Terug naar inleiding
  • Dag 1:
    Maandag 3 september: Sella-ronde (Pordoi, Sella, Gardena, Campolongo) (50.8 km, +/- 1700 hm)
  • Dag 2:
    Dinsdag 4 september: rit naar de Passo Nigra (Sella, Pinei, Nigra, Costalunga) (108.5 km, +/- 2600 hm)
  • Dag 3:
    Woensdag 5 september: "ingesneeuwd" op de Gardena / Valparola (25.6 km, +/- 700hm)
  • Dag 4:
    Donderdag 6 september: snelheidsrecords op de Fedaia (Pordoi, Fedaia, Colle Santa Lucia, Giau) (106.7 km, +/- 3400 hm)
  • Dag 5:
    Vrijdag 7 september: genietend langs kleine baantjes op de Erbe (Gardena, Lajon, Erbe) (118.8 km, +/- 3100 hm)
  • Dag 6:
    Zaterdag 8 september: sportieve uitdaging op de Tre Cime di Lavaredo (Falzarego, Valparola, Tre Crocci, Tre Cime di Lavaredo, Falzarego) (132 km, +/- 3500 hm)
  • Dag 7:
    Zondag 9 september: inpakken en wegwezen


Donderdag 6 september: snelheidsrecords op de Fedaia (106.7 km, +/- 3400 hm)

Klik hier voor een grote grafiek van de rit Klik hier voor een grote kaart van de rit


‘s Morgens staan we vol goede moed op en merken dat het weer er prachtig uit ziet. Nog steeds vrij koud maar wel mooi zonnig.

Een uitgebreide A-groep (Bert, Jef, Danny, Warre, Pit en ik) gaat voor een rit over Pordoi en Fedaia en een deel van hen is ook nog van plan om de passo Giau er bij te nemen.

De B’s gaan het ritje rijden waarbij Danny en Jef zich gisteren verslikten in de sneeuw. Ze vertrekken over de passo Campolongo naar Corvara, dan verder naar La Villa om vandaar de passo Valparola te beklimmen. Van daaruit dalen ze langs de Falzarego af naar Pieve Livinallongo om dan langzaam terug te klimmen naar Arabba. Een stevige B-rit!
Held tussen de 'helden'
Met de A’s vertrekken we weer langs de passo Pordoi. Boven moeten we een tijdje wachten op Bert. Als niet-klimmer gaat hij vandaag toch ook op karakter voor de A-rit. Warre komt ruim voor de anderen boven, maar we hadden niet anders verwacht want hij verkeerd in bloedvorm nadat hij met succes piekte naar een eerste Vélomediane Criquielion deelname waarbij hij vlot het vooropgestelde goud binnenhaalde!

Na de obligate foto’s (o.a. bij de gedenksteen voor Fausto Coppi) met nog wat resterende sneeuw in de achtergrond, dalen we af naar Canazei. Daar houden we niet halt maar draaien meteen linksaf richting Fedaia. De klim naar de passo Fedaia is vanuit Canazei een vrij lichte klim in tegenstelling tot de andere kant van deze pas. In het begin is de weg nog vrij druk maar dat mindert zienderogen en de laatste kilometers is het echt aangenaam klimmen in een schitterend decor want je hebt steeds zicht op de gletsjer van de Marmolada, de hoogste berg van de Dolomieten.

Boven op de pas kom je aan een mooi stuwmeer. Na wat genoten te hebben van het uitzicht, duiken we een pizzeria binnen en slaan we de nodige energie in voor het vervolg van de rit.

En wat voor een vervolg! We duiken de steile kant van de Fedaia naar beneden en halen in een prachtig recht stuk enorme topsnelheden. Ik kom aan 93.6 km/uur maar vind het dan welletjes en begin te remmen. Bert haalde een dikke 95 en moest wat inhouden voor een wagen. Dit is echt een stuk waar je zonder overdreven risico 100 per uur kan halen op de fiets, maar je mag niet te bang aangelegd zijn!!!

Na de snelle afdaling komen we terug samen en vervolgen onze weg langs Rocca Pietore naar Caprile. Rocca Pietore licht daar zo mooi te wezen dat we niet kunnen weerstaan om even een (volledig overbodig) ommetje te maken langs de smalle straatjes van het dorpje zelf.

In Caprile scheiden onze wegen. Danny, Bert en Jef houden het voor bekeken en draaien af naar Arabba.

Warre, Pit en ik gaan nog voor een stevige tweede gang. We beklimmen vanuit Caprile de colle di Santa Lucia. Absoluut geen zware beklimming maar wel erg aangenaam klimwerk met als beloning net voor de top een prachtig panorama waarbij je in de verte zelfs het Lago di Alleghe ziet liggen.

We kunnen echter niet te lang blijven genieten want de hoofdbrok van de dag ligt om de hoek op ons te wachten. We dalen snel enkele kilometer af en draaien dan over een bruggetje links weg om aan de zware beklimming van de passo Giau te beginnen. In het begin slingert de weg zich langs en over een riviertje om dan via een hele reeks haarspeldbochten te belanden in een alpijns landschap. Op deze klim zoekt ieder zijn eigen tempo en de verschillen lopen wel wat op. Warre krijgt onderweg waanbeelden van supporterende Nissorappers en keert op zijn stappen terug om dan te constateren dat het over een paar vrolijk joelende mountainbikers ging die hun collega aan het aanmoedigen waren. Als een sneltrein haalt hij mij terug in en snelt me weer voorbij.
Prachtig uitzicht boven op de passo Giau
Boven op de top is het uitzicht erg mooi. We kunnen zelfs de passo Pordoi zien liggen waarlangs we ’s morgens vertrokken. Jammer genoeg is het wat bewolkt anders was het uitzicht werkelijk fenomenaal geweest.

Het is er redelijk fris en dus duiken we een café binnen voor een cola en dan rijden we maar snel verder, want we moeten nog een heel eind.

We dalen de Giau af langs de kant dat we hem beklommen maar om de klim over de Colle di Santa Lucia te vermijden rijden we naar Selva di Cadore en rijden dan langs de SP20 naar Caprile. Deze weg start met een mooie, steile afdaling en gaat daarna zacht bergaf verder. Op dit laatste stuk liggen echter twee onverlichte tunnels waarin het echt stikdonker is. Ik rij voorop en rij blind verder, me alleen maar oriënterend op het lichte vlekje van de uitgang van de tunnel. Gelukkig is het wegdek in de tunnel perfect in orde en geraken we zonder ongelukken voorbij deze twee onverwachte hindernissen.

Vanaf Selva di Cadore gaat het langs Pieve di Livinallongo terug naar Arabba. Met onderweg (iets voor Pieve) nog één lastigere beklimming van enkele kilometer.

Ik kan op een stukje lichte afdaling nog wat kopwerk doen voor Pit en Warre, maar in de laatste knik naar Arabba is het vat af en wil ik mijn kompanen vanuit laatste positie stiekem laten rijden om op eigen tempo te kunnen binnenrijden, maar dat pakt niet. Pit merkt op dat ik afhaak en samen met de Warre wacht hij me opnieuw op en moet ik me terug forceren in hun wiel. Pfff...

Uiteindelijk geraken we toch netjes terug in Arabba en niet veel later zitten we met de benen onder tafel te genieten van een verdiende maaltijd.

Later op de avond gaat het er lekker geanimeerd aan toe: kaarten, gezelschapspelletjes en pittige discussies (en natuurlijke de nodige half literkes wijn!) zorgen voor de nodige sfeer. Echt op z’n Nissoraps.


- Raf -