Buitenlandse avonturen van WTC Nissorap.

2-6 september 2009: Morez (Franse Jura)


Bekijk ook het fotoboek van onze Jura-reis
Morez 2009 (het A-verhaal)

door Pit
Pit

  • Terug naar intro
  • Dag 1:
    Woensdag 2 september: Het aperitief: watervallen, een dode das en routes forestières (80.5km/1500hm)
  • Dag 2:
    Donderdag 3 september: Het voorgerecht: veel platte banden en een wonderbaarlijke cola (152.8km/3183hm)
  • Dag 3:
    Vrijdag 4 september: Tussengerecht: Zwitsers intermezzo (124.6km/2119hm)
  • Dag 4:
    Zaterdag 5 september: De hoofdschotel: de reuzen van de Bugey (120.3km/3227hm)
  • Dag 5:
    Zondag 6 september: epiloog


Klik hier voor een kaartje met de gefietste route + hoogteprofiel.
(Voor de hoogtegrafiek ga je naar "Show" - "Elevation profile")


Als kennismaking met de wegen van de Jura had Johan een rit van een 80-tal km uitgezet ten noordwesten van Morez. Voor we eraan begonnen legden we in Morez eerst een goeie fond bij "De Vettige", een uit het Midden-Oosten afkomstige bereider van hamburgers, pita, friet en dies meer.

Echte wielerTOERISTEN Onder een licht druilerige lucht startten we al klimmend over de drukke baan naar Morbier. Daar namen we de rustige D26 naar Tancua. Iets verder, in het gehucht Les Mouilles, ging het rechtsaf via de D28 naar Château-des-Prés en Chaux-des-Prés en verder richting Prénovel. Na een mooie klim en dito afdaling kwamen we in St. Maurice. Al tijdens dit eerste klimmetje kon Raf zijn superbenen niet verbergen en legde er al serieus de pees op. Voorbij St. Maurice reden we naar Bonlieu, een goede plaats om de afslag te nemen naar de Cascades du Hérisson. Deze watervallen zijn een toeristische trekpleister in de Jura, dus we konden er niet voorbij zonder een kijkje te gaan nemen.

Bij de waterval - de Saut de la Forge genoemd - aangekomen moesten we eerst nog een traject van enkele honderden meters afleggen over paadjes die als "très glissant" bestempeld werden. Dat laatste gold al voor mensen met normaal schoeisel. Je kan je dus wel voorstellen dat het afdalen op koersschoentjes hier nog een extra dimensie aan gaf.

Het debiet van de waterval viel eigenlijk serieus tegen: de Saut de la Forge had niet veel force. Dat weerhield ons er echter niet van om beneden de nodige "action photos" te nemen van Nissorappers bij de cascade.

Na ons bezoek aan de waterval reden we door typisch Jura-landschappen en langs een aantal mooie meertjes naar Le Frasnois en daarna naar Pont-de-la-Chaux.

We volgden een eindje de N5 maar zo zouden we te snel terug in Morez zijn. Daarom sloegen we iets verder linksaf om via een smalle en aanvankelijk vrij steile route forestière Fort de Plasne te bereiken. Daar bespeurden we de eerste twijfel bij Johan over het te volgen parcours (dat het zolang duurde is vrij uitzonderlijk, want met Johan als wegkapitein weet je altijd wel waar en wanneer je vertrekt, maar nooit waar je zal passeren of waneer je thuiskomt).

Na kort beraad besloten we een iets andere route te nemen dan de geplande en togen naar Les Martins. Op weg daarheen bemerkten we in de berm het kadaver van een aangereden zoogdier. Dat gaf aanleiding tot heel wat wilde gissingen en speculaties (ook ’s avonds aan tafel nog) over wat er nu voor ons lag. Raf zette er zijn voet eens naast voor de foto. Uiteindelijk bleek dat het een das was, met de nadruk op wás.

Voor de terugkeer naar Morbier had Johan opnieuw een route forestière uitgezocht. Deze smalle weg door de bossen ging over het algemeen trapsgewijs omhoog, met soms steile passages, vaak gevolgd door een korte afdaling. Ideaal dus om het laatste beetje poeier uit onze benen te jakkeren.

Afdalen naar Morez was daarna een fluitje van een cent. We kwamen toe na een onverhoopt droge rit met 83 km op de teller. De toon voor de reis was gezet.

- Pit -